Lest best
Omdat de vorige excursie naar het Lauwersmeer goed was bevallen en de eigenlijke (geplande) bestemming, het Tonckensbosch in Huis ter Heide, vanwege de nachtvorst weinig perspectief bood was besloten ons heil opnieuw hier (in het Lauwersmeergebied) te zoeken. In dit gebied, met al dat water in de buurt, was de nachtvorstschade immers veel geringer. Dat bleek later toen het uiteindelijke resultaat bekend werd (141 soorten in twee kilometerhokken) waardoor de gedachte ontstond: ”Waarom stoppen?” Na deze succesvolle excursie volgt immers nog slechts de Zwamdag en daarna staat er dit jaar niets meer op het programma. De paddenstoelenzoekers op deze dag waren Inge, Marian, Richard, Janny K., Harry en Cees.
Vanaf de (parkeer) locatie waar Staatsbosbeheer haar gebouwen heeft staan (De Rug) verkasten we een kilometer noordwaarts waar we als eerste het militaire oefenterrein bezochten. Daar zijn na de inpoldering enkele percelen dennen aangeplant (Pinus nigra) die worden afgewisseld door vakken met loofbomen, vooral eik. En dan heb je daar nog de grote open vlakte van defensie waar we op een klein deel ook nog even ons geluk beproefden. Direct in het begin vonden we al de Adonismycena (Mycena adonis (KW)), de eerste van dit geslacht waarvan er nog vele vonden (16), waarbij enkele zeldzame, voor mij nieuwe. De meesten van ons hebben vast niet eerder de Pantoffelmycena (Mycena mucor (EB)) gezien. Dit nietige zwammetje was eerder nog redelijk goed vertegenwoordigd in Drenthe, maar is daar zo goed als verdwenen. Net als in de rest van Nederland, want was hij voor 1990 nog bekend van 30 atlasblokken, nu is dat geslonken naar 14. Mooi is wel dat hij, bij mijn weten, nu voor het eerst in Groningen is waargenomen. Hier, en elders, groeit hij meestal op eikenbladeren. Een andere zeldzame mycena-achtige was de Kurkentrekkermycena (Hemimycena tortuosa) die op stammen van levende bomen groeit. In tegenstelling tot de vorige neemt deze soort juist toe (24 blokken) terwijl hij voor 1990 nog niet in Nederland was gezien. Overigens werden deze twee pas ’s middags gevonden toen we aan de andere kant van de weg opereerden in het Lauwersoogbos van Staatsbosbeheer.
Beide waren ter controle mee naar huis genomen en met deze verdwenen er tal van korstjes (Inge) en asco’s (Richard) in beider bakjes. Later reageerden ze enthousiast op de vondsten, want dat leverde voor hen toch weer nieuwe soorten op. Voor Inge waren dat het Okerbruin rouwvliesje (Pseudotomentella mucida) die op meerdere plekken werd gevonden, maar (nog) bekendstaat als zzzz en pas in drie andere atlasblokken is gemeld. Dat geldt tevens voor het Eivormig vliesje (Athelia ovata). Iets minder zeldzaam is het Ruwharig meelkorstje (Subulicium lautum), want die is van 7 blokken bekend, maar niet eerder van de Lauwersmeerpolder. Ook voor haar was de eerder genoemde Pantoffelmycena nieuw. Voor Richard waren dat (wat asco’s betreft) de Dennentakspleetlip (Lophodermium seditiosum) en het Dennenrotondezwammetje (Lichenopeltata pinophylla). De eerste is nieuw voor het gebied en de tweede is ronduit zeer zeldzaam, want slechts gemeld uit de buurt van Eindhoven en de IJssel. Beide soorten werden gevonden op naalden van de Zwarte den. In totaal waren er wel een stuk of 60 microscopische controles, hoewel meerdere keren de uiteindelijke naam in het veld al werd genoemd. Zo werd het Dennenschorsvlekje (Ascocorticium anomalum) direct in het begin al gemeld en later op meerdere plekken gezien. Naar nu blijkt is dat gewoon een zeer algemene verschijning.
Een welkome aanvulling levert Janny Kramer, want zij heeft oog voor de myxomyceten. Een week eerder bracht ze al een viertal op naam en nu volgden nog 6 soorten die op één na ’s middags werden gevonden. Het Lauwersmeer is nog een tamelijk maagdelijk onderzoeksgebied, want de meeste blijken nieuw te zijn op de Verspreidingsatlas. Dat gold bijvoorbeeld voor het Roodstelig netwatje (Arcyria ferruginea) en het Hemels kraagkroeskopje (Comatricha elegans) die zelf nieuw in Noord-Nederland is. Met tien soorten van de Rode Lijst en de vele, soms verrassende, gegevens, kunnen we spreken van een zeer geslaagde excursie. Wel is het jammer dat er niet (veel) meer mensen getuige van waren.
Cees
Klik hier voor meerdere foto's.